Goed zorgen voor mensen met dementie betekent dat je je steeds weer verplaatst in hoe iemand met dementie de wereld om zich heen waarneemt.
Hoe ervaart hij alles wat hij hoort, ziet en voelt?
Als je dat weet, kun je er ook voor zorgen dat iemand met dementie zich in een situatie prettig en op zijn gemak voelt. Want dat is de kern van goed zorgen voor iemand met dementie: zorgen dat diegene zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt.
Daarvoor moet je als verzorgende veel van dementie weten en je moet je voortdurend blijven ontwikkelen.
Bij Kloek vinden we dat cruciaal voor onze kwaliteit van zorg.
Daarom volgen onze medewerkers regelmatig een training van dementie-expert Karin Kuhlmann.
Inspirerende training
Een van de verzorgenden die deelnam aan de training in september 2016 kijkt terug op een inspirerende en verhelderende dag.
‘Karin legt bijzonder helder uit wat dementie is en wat de gevolgen zijn voor de hersenen. Dat alleen al is erg leerzaam. De training was in verschillende opzichten een bevestiging van hoe ik gevoelsmatig al met onze bewoners omging. Gelukkig. Maar ik vond het geweldig om nu een onderbouwing te krijgen van wat ik vaak intuïtief doe.
Aan de hand van een rol behang met foto’s legde Karin uit hoe het geheugen bij mensen met dementie steeds verder achteruitgaat. De foto’s lieten het hele leven van iemand zien. Onder aan begon het met foto’s van de geboorte en kindertijd. Boven aan stonden foto’s van de recentste gebeurtenissen in een mensenleven.
Vervolgens rolde Karin het behang van bovenaf op. Want zo gaat het ook bij dementie: eerst gaat het kortetermijngeheugen achteruit. Dat zijn de zogenoemde zeepaardjes in de hersenen. Die zijn verantwoordelijk voor het kortetermijngeheugen, maar bij dementie verschrompelen ze.
Gaandeweg blijven er steeds minder herinneringen over voor iemand met dementie.
De herinneringen uit de kindertijd zitten het diepst in je hersenen en blijven het langst bewaard.
Net als je gevoel.
Ook dat zit diep in je hersenen en dat blijft dus. Daarom blijft het altijd belangrijk om te zorgen dat een bewoner zich prettig, veilig en op zijn gemak voelt.’
Mooie ontdekking
‘In het verlengde daarvan kwamen we tot een mooie ontdekking.
Wij hebben een aantal bewoners met steunkousen. Als een bepaalde collega werkt, willen de bewoners altijd dat zij de steunkousen uittrekt, terwijl ze haar toch niet herkennen.
Wij, de andere collega’s begrepen niet wat dat was. Want hoe konden deze bewoners nu onthouden dat ze juist deze collega wilden?
Maar wat blijkt? Deze collega’s geeft na het uittrekken van de steunkousen altijd een voet- en beenmassage. En dat prettige gevoel onthouden de bewoners blijkbaar.
Ik vind dat zo mooi.
De training van Karin was voor mij dan ook 1 groot feest.’
Sterk wij-gevoel
‘Het prettige van Karin is dat ze niet “de juf” is, maar heel dicht bij de groep staat en ons als gelijkwaardig ziet. We wisselen vooral ervaringen uit. Ik vond het erg fijn om alles met mijn collega’s te delen. De training gaf me dan ook een heel sterk wij-gevoel.
Verder heb ik iets essentieels geleerd rond omgaan met agressief gedrag.
Een collega had het pas nog meegemaakt: ze liep in de gang, een bewoner passeerde haar en sloeg haar onverwacht heel hard op haar rug. Ze sprak de meneer aan, maar hij leek eigenlijk niet goed te beseffen wat hij had gedaan.
Karin liet ons zien dat deze meneer inderdaad echt niet meer wist dat hij iemand had geslagen.
En dat je dan het beste als volgt kunt reageren. Loop even weg, kom even later terug en reageer alsof er helemaal niets gebeurd is.
Je zegt bijvoorbeeld iets als: “Goedendag meneer, hoe is het met u?” en je zult zien dat je gewoon contact kunt maken.
Het is de kunst om dus niet te reageren vanuit je eigen verschrikte of boze gevoel, omdat je net geslagen bent. Je begint met een schone lei, en blijft als het ware in dit moment.
Wat er gebeurd is, doet er niet meer toe.
Natuurlijk is dat best ingewikkeld, maar Karin leerde ons heel overtuigend waarom deze reactie de bewoner het meeste recht doet.’
Behandel bewoners zoals je zelf behandeld wilt worden
‘Ik probeer me altijd te verplaatsen in een bewoner en dan zou ik erg blij zijn dat ik behandeld word zoals bewoners bij Kloek zorg en aandacht krijgen.
Mijzelf verplaatsen in de ander is voor mij de basis van goede zorg. Behandel bewoners zoals je zelf behandeld wilt worden. Of zoals je wilt dat er voor je moeder wordt gezorgd.
De training heeft me nog meer gestimuleerd om me bewust te zijn van hoe ik het beste bij een bewoner kan aansluiten. Want iedereen is weer anders en heeft weer andere behoeften.’