‘Als mantelzorger draag ik graag m’n steentje bij’
Sinds 10 januari 2020 staat Esther Versprille aan het roer van de nieuwe Lokale Cliëntenraad (LCR) van Kloek Amsterdam. Nieuw, maar in een vertrouwde omgeving. Haar moeder Toos, die maandag 27 januari 90 wordt, woont sinds juli 2018 bij Kloek. Als mantelzorger draagt Esther graag een steentje bij om niet alleen het belang van haar moeder, maar dat van alle bewoners te behartigen. Een uitdaging die ze als betrokken familielid vol enthousiasme aangaat.
Wat dementie met iemand doet heeft Esther jarenlang van ver weg en dichtbij meegemaakt. Esther: ‘Vanwege het werk van mijn man woon ik al twintig jaar niet meer in Nederland. Momenteel wonen we in Zürich, waar ik yogalerares ben. Hiervoor hadden we een huis vlakbij New York, waar mijn moeder ons geregeld opzocht. Ze was helemaal weg van de stad en genoot zichtbaar. Totdat ze in 2014 aangaf dat ze geen puf meer had om de stad in te gaan en bijvoorbeeld ook niet mee wilde om mijn dochter uit school te halen. Dat waren achteraf gezien de eerste tekenen.’
Diagnose Alzheimer
‘Mijn moeder woonde toen nog zelfstandig in een flat in Brabant. Via bemiddeling van haar huisarts kwam ze twee dagen per week in aanmerking voor dagopvang, omdat ze sociaal nogal geïsoleerd was na het overlijden van mijn vader. Na verloop van tijd werd duidelijk dat ze wat vergeetachtig werd. Ze vergiste zich in de dagen dat ze naar de opvang moest en vergat bijvoorbeeld ook kappersafspraken, zaken die ze makkelijk kon verbloemen. Inmiddels was er ook een dementiecoach betrokken, wat mijn moeder verschrikkelijk vond.’
‘Ook de fysieke situatie van mijn moeder verslechterde. Op een dag in april 2015 kregen we geen telefonisch contact met haar. Uiteindelijk bleek dat ze was gevallen. Toen ging het balletje rollen. Ze werd opgenomen op de afdeling geriatrie met een delier, wat voor ons heel heftig was. Daarnaast had ze een blaas- en een longontsteking en was ze helemaal uitgedroogd. In het ziekenhuis werd toen voor het eerst de diagnose Alzheimer vastgesteld.’
Geen seconde spijt van Kloek
‘Weer thuis kreeg m’n moeder thuiszorg, maar ze was wat je noemt een echte zorgweigeraar. Ze is zelf verpleegkundige geweest en accepteerde deze vorm van hulp totaal niet. Daarom verhuisde ze voorjaar 2016, na overleg met en bemiddeling van de dementiecoach, naar een prachtige flat in een verzorgingstehuis. Aangezien ze het hier helemaal niet naar haar zin had en sociaal geïsoleerd bleef, vloog ik geregeld op donderdag na mijn laatste yogaklas naar Nederland om bij haar te zijn en op maandag weer terug te vliegen voor de volgende les.’
‘In 2017 kreeg mam voor de tweede keer een delier en toen bleek in het ziekenhuis dat ze meer zorg nodig had. Met haar nieuwe indicatie kon ze niet in het verzorgingstehuis blijven wonen. Voor mij als mantelzorger was het bijna niet meer te doen om heen en weer te pendelen, dus moesten we op zoek naar passende zorg. Samen met mijn zus heb ik toen veertien zorglocaties bezocht. Via Google vonden we ten slotte het net geopende Kloek Amsterdam en binnen een mum van tijd was alles geregeld. We hebben geen seconde spijt gehad van onze beslissing.’
Part of the group
‘De keuze om mijn moeder uit haar vertrouwde omgeving weg te halen was best lastig. Maar omdat ze zelf in Amsterdam heeft gewerkt, er getrouwd is en er een dochter ter wereld bracht, was deze verhuizing prima aan haar te ‘verkopen’. In juli 2018 is mijn moeder bij Kloek komen wonen. Ze werd meteen ‘part of the group’ dus van sociaal isolement was absoluut geen sprake meer.’
‘Ik bezoek m’n moeder twee keer per maand en gelukkig woont mijn dochter bij haar om de hoek. Als zij bij haar oma is, dan spreek ik mam via FaceTime. Feit blijft dat het vervelend is om ver weg te wonen en niet dichtbij haar te kunnen zijn. Daarom verhuis ik terug naar Nederland en woon ik per 1 april weer in Amsterdam. Overigens kunnen we nu door het verloop van m’n moeders ziekte constateren dat haar vorm van dementie waarschijnlijk geen Alzheimer is, maar ouderdomsdementie.’
Sterke helikopterview
‘M’n zus en ik zijn enorm betrokken bij Kloek. Onze betrokkenheid probeer ik naar de zorgmedewerkers te vertalen en ik zeg vaak: “hoe zou je het vinden als dit jou overkomt?”
Mijn grootste uitdaging als voorzitter van de LCR is om voor het belang van alle bewoners op te komen. Als mantelzorger wil ik hieraan graag mijn steentje bijdragen. Voorheen werkte ik in de farmaceutische industrie en ik heb veel ervaring met projectmanagement. Ik heb een sterke helikopterview, die ik voor Kloek kan inzetten als ik signaleer dat zaken niet gaan zoals het hoort.’
Agendapunten genoeg
‘We hebben alle protocollen van Kloek ontvangen om ons in te lezen. Medio februari vergaderen we voor het eerst. Agendapunten genoeg, waaronder de Wet Zorg & Dwang, waarin bepaalde domotica wordt verboden vanwege de Wet op de privacy. Ook het indicatiebeleid roept vragen op. Als bewoners bij Kloek binnenkomen, hebben ze een ZZP 5-indicatie, wat betekent dat ze behoefte hebben aan intensieve begeleiding en verzorging en (bijna) geheel zorgafhankelijk zijn.’
‘Het beleid van Kloek, waarbij de cliënt leidend is, en de nieuwe wet lijken enigszins met elkaar in conflict. De meeste cliënten zijn echt niet meer in staat om alles zelf te bepalen. Wat mag een medewerker wel of niet en wat is het belang van de cliënt? Als LCR kunnen we hier indien nodig kritisch naar kijken en er eventueel advies over uitbrengen. Ook de geplande overgang van PGB naar zorg in natura kan wellicht vragen oproepen. Daarnaast verliezen we meer basale vraagstukken zoals voeding, de was en het personeelsbeleid niet uit het oog.’
Uitnodiging
‘Het is goed om als LCR inzicht te krijgen in wat er allemaal speelt en wordt beslist binnen Kloek Amsterdam. In dat kader wil ik ook graag contact met Kloek Roosendaal. Onze zusterlocatie heeft al langer een LCR en kan ons ongetwijfeld van nuttige tips voorzien. Om de LCR meer bekendheid te geven, hangt er binnenkort een bord met gezichten, e-mailadressen en telefoonnummers bij de ingang. Daarnaast plaatsen we een ideeënbus, waarin familieleden suggesties ter verbetering kunnen stoppen en vragen kunnen voorleggen. Bij deze wil ik u dan ook van harte uitnodigen: laat u wat van zich horen?’